• Op advies van de gynaecoloog of vroedvrouw.
• Als u denkt dat uw vliezen gebroken zijn (dit kan druppelsgewijs vochtverlies zijn maar ook een grote hoeveelheid water in één keer), ook als u geen weeën hebt!
• Bij weeënactiviteit
• Bij de bevalling van uw eerste kindje: indien u weeën of contracties voelt, die regelmatig om de 5 minuten komen en dit al minstens 1u.
• Bij de bevalling van uw volgende kindje: wanneer u regelmatig contracties voelt om de 10 minuten, gedurende minstens 1u. 
• Bij pijn en/of overmatig helderrood bloedverlies 
• Bij verminderde kindsbewegingen.
• Als u ongerust bent en een telefonische geruststelling u niet helpt.

Voor de administratie

• je identiteitskaart
• enkele recente kleefstrookjes van de mutualiteit
• naam en adres van de huisarts of gynaecoloog
• adres en/of telefoonnummer van een contactpersoon 
• voorschot (indien nodig)
• indien van toepassing: de hospitalisatieverzekering

Voor je medisch dossier

• het moederboekje
• de geneeskundige documenten die de arts je meegaf
• indien niet gehuwd: het erkenningbewijs  van vaderschap (een erkenning kan gebeuren in elke gemeente vanaf 6 maanden zwangerschap)
• je bloedgroepkaartje
• de geneesmiddelen die je inneemt
• toestemmingsformulier ingreep/onderzoek

Voor jezelf

• een balpen
• toiletgerief: voldoende handdoeken, washandjes, zeep, kam, tandenborstel, tandpasta, …
• slaapkledij, kamerjas, ondergoed, zakdoeken, pantoffels, …
• bij borstvoeding: ten minste één voedingsbeha
• borstvoedingskussen

Voor de baby

• voldoende handdoeken (1 per dag)
• voldoende washandjes
• slabbetjes
• kleertjes
• sokjes
• kleertjes om naar huis te gaan

Breng geen juwelen of kostbare voorwerpen mee naar het ziekenhuis. Neem ook niet meer geld mee dan nodig (bijv. enkel voor het voorschot en voor eventuele kleine persoonlijke uitgaven). Bij verlies of diefstal is het ziekenhuis hiervoor niet verantwoordelijk. Je kan je geldbeugel en andere persoonlijke kostbaarheden opbergen in de kluis welke zich bevindt in de kleedkast. Je kan deze zaken ook in bewaring geven aan het onthaal.

Nu je zwanger bent, ga je je misschien een paar dingen afvragen. Bijvoorbeeld over pijn bij de bevalling. Hoe erg zal die zijn? Wat als ik er niet tegen kan? Kan ik dan iets tegen de pijn krijgen? 

Bevallen doet pijn, daar kan niemand omheen. Maar elke bevalling is anders. En de ene vrouw kan gemakkelijker met de pijn omgaan dan de ander. Hoeveel pijn je zal hebben, kan dus niemand voorspellen. Maar maak je vooral niet te veel zorgen: er zijn allerlei manieren om de pijn te verzachten, met en zonder medicijnen.

Epidurale verdoving 

Een epidurale verdoving (of ruggenprik) is een injectie in jouw onderrug met een combinatie van pijnstillende medicijnen. Bij deze pijnbehandeling heb je geen pijn meer in uw onderlichaam. De anesthesist, die steeds bereikbaar is, brengt onder plaatselijke verdoving onder in jouw rug een naald aan. Daarbij moet je jouw rug bol maken en stil blijven zitten. Via de naald wordt een dun, soepel slangetje in jouw rug gebracht. De naald gaat er weer uit, het slangetje blijft zitten. Door dit slangetje krijgt u tijdens de hele bevalling pijnstillende medicijnen toegediend. Binnen 15 minuten na de plaatsing voelt u geen pijn meer.

De baby wordt direct na de geboorte op jouw blote buik gelegd en toegedekt met warme doeken en een mutsje om temperatuurverlies te voorkomen. Het huidcontact bevordert de moeder-kindbinding, de melkproductie, de ademhaling, de hartslag maar ook de emotionele ontwikkeling van de baby. 

Wanneer de baby met een keizersnede geboren wordt, proberen we dit ook te doen als de baby zijn toestand dit toelaat. Anders krijgt de partner de gelegenheid om skin-to-skin te liggen met het kindje.

De meeste baby's huilen maar kort en zijn juist in de eerste twee uur na de geboorte zeer alert. Als de baby op de buik van zijn moeder ligt, wordt hij snel rustig. We proberen de moeder en de baby ongestoord minimum het eerste uur huidcontact te laten hebben en de eerste borstvoeding te laten plaatsvinden. 

Alleen noodzakelijke zorg voor de moeder of de baby kan een reden zijn om dit ritueel te verstoren. De gezondheid van de moeder en de pasgeboren baby staan natuurlijk altijd voorop.

De geboorte van een baby geeft het leven een heel andere wending. Af en toe is het nodig dat een baby extra zorg nodig heeft na de geboorte en wordt deze opgenomen op de afdeling neonatologie (prematurenafdeling), wat soms veel onzekerheden en vooral veel vragen met zich meebrengt. We proberen steeds om mama en baby samen te houden.

Als alles normaal verloopt, komt binnen 24 uur na de geboorte de kinderarts bij je op de kamer langs om het eerste onderzoek bij jouw baby uit te voeren. In sommige situaties is de kinderarts ook aanwezig tijdens de geboorte. Op de dag dat je naar huis gaat, komt de kinderarts opnieuw langs om een ontslagonderzoek te doen.

In sommige gevallen opteert jouw gynaecoloog tijdens de prenatale consultaties voor een geplande keizersnede. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij een stuitligging of wanneer de baby te groot is in verhouding tot het bekken van de moeder.

De avond voor jouw keizersnede verwacht de vroedvrouw je op het verloskwartier voor het opmaken van het dossier, monitoring, … 

De dag van de keizersnede word je opgenomen op Materniteit. Hier krijg je een infuus en word je een laatste keer aan de monitor gelegd.

Verdoving

Een keizersnede vindt meestal plaats onder epidurale verdoving. De anesthesist prikt deze in de operatiekamer. In uitzonderlijke gevallen kan men ook overgaan tot een algemene narcose. In dit geval kan de partner helaas niet mee naar de operatiekamer. 

Bezoek

Op het operatiekwartier is geen bezoek toegestaan. Je mag je slechts door één persoon laten vergezellen. Dit is meestal de partner.

Geboorte

Na de geboorte neemt de vroedvrouw jouw baby mee voor de eerste controles (gewicht, lengte, temperatuur, … ). Jouw baby krijgt een mutsje op en een pamper aan. Nadien legt de vroedvrouw jouw baby weer op je buik voor huid-op-huidcontact. Dit contact wordt pas verbroken als je bijna klaar bent om naar de recovery te gaan. 

Voor je vertrekt zal de vroedvrouw jouw baby aankleden. Samen met jouw baby en eventueel jouw partner brengt de operatieverpleegkundige je vervolgens naar de recovery waar je nog even blijft en verder opgevolgd wordt. De eerste voeding (borstvoeding of flesvoeding) gebeurt in alle rust in jouw kamer op Materniteit.

Er zijn ook momenten wanneer huid-op-huidcontact niet mogelijk is, bijvoorbeeld bij een te laag geboortegewicht, prematuriteit, …